GroeneHartpad Willeskop

Deze rondwandeling van het Groenehartpad brengt mij langs de vele agrarische bedrijven gelegen aan de Benschopperwetering, de bloemrijke weilanden en over houtkades door het uitgestrekte veenweidelandschap. Het hoogtepunt van deze wandeling is natuurgebied Willeskop.

Langs de Benschopperwetering bij Polsbroekerdam
J.W. van Borselen 1860-1890, bron: Teylers Museum

Route: Benschopperwetering, Boerenlandpad, Noordzijdse kade, Willeskop, Watertoren damweg, Zuidzijdse achterkade, Boerenlandpad
Afstand: 14,8 km
GroeneHartpad: 6,2 km
Onverhard wandelen: 61 %

Startpunt: Pannenkoekenhuis Midden Op ‘t Landt of bushalte Jacobabrug Benschop
Honden: op boerenlandpaden verboden
Bijzonderheden: Natuurgebied Willeskop, boerenlandpaden en houtkade

Beoordeling: 7,2

Natuurbeleving: 9
Onverhard wandelen: 7
Afwisseling: 8
Horeca onderweg: 5
Bereikbaarheid: 6

Deze wandeling start op de parkeerplaats bij het Pannenkoekenhuis, ik wandel langs de Benschopperwetering in de richting van Benschop en IJsselstein. De Lopikerwaard was oorspronkelijk één groot moerasgebied. Vanaf de elfde eeuw werd een start gemaakt met de ontginning van het gebied. Hiervoor werden weteringen en sloten gegraven die veelal in oost-west richting liggen. De Benschopperwetering, Kromme IJssel en Lopikerwetering zijn daar voorbeelden van.

Pannenkoekenhuis Midden op 't Landt
Startpunt Pannenkoekenhuis Midden op ’t Landt
Jacobabrug

Vanwege de zeer natte omstandigheden ging al het vervoer over het water, later kwam er een weg langs het water. De ontginning geschiedde middels een zogenaamde cope-verkaveling. Een cope is een middeleeuwse overeenkomst of contract om een gebied te mogen ontginnen. Het onontgonnen gebied werd volgens een vaste maatvoering door de grondeigenaren uitgegeven, waarna deze gronden door een zogenaamde coper in kavels werden verdeeld onder kolonisten die de gebieden vervolgens ontgonnen. De grootte van een kavel bedroeg in beginsel ongeveer 1250 meter in lengte en 113 meter in breedte. Dit werd een hoevemaat genoemd. Het aantal hoeven verschilde per cope.

De ontginners groeven evenwijdige sloten om het water af te voeren. In beginsel werd het water afgevoerd naar een rivier of een wetering. Deze lag aan de ontginningsbasis van de cope, waar meestal ook de hoeven van de kolonisten stonden. Vanaf deze basis vond de ontginning van voor naar achteren plaats. Waar de ontginning eindigde werd een achterkade opgeworpen. Deze voorkwam dat water van het hoger liggende (onontgonnen) veengebied aan de achterzijde van de kavels voor waterproblemen zou zorgen. Met deze wandeling door het landschap, zie je nog veel van die ontginningskenmerken terug, zoals de vele oude boerderijen, langs de Benschopperwetering, de langgerekte kavel met op gelijke hoogte haaks op elkaar staande sloten en de houtkades.

Krabbescheer
Krabbescheer
Dotterbloem
Tussen de dotterbloemen heeft de eend zijn nest gemaakt

Even verderop sla ik linksaf voor een fraai wandelpad door het weiland heen. De boer pas hier al zeker 20 jaar ouderwets hooiland beheer toe en dat zie je aan de vele bloemen die er groeien. Hoewel het nog vroeg in het jaar is kleurt het weiland als licht paars en geel van de pinkster en paardenbloemen. In de slootkanten bloeien de dotterbloemen volop.

Na het bloemrijke weiland kom ik op een eeuwenoude houtkade, die brengt mij naar de natuurgebied Willeskop. Williskop was een oude polder die tussen de Noordzijdsekade en de Bloklandsedijk lag. Tot 2002 graasden er nog koeien op de toenmalige weilanden. Vanuit de ruilverkaveling in de periode 2002-2005 werd
het gebied omgevormd tot een waterrijk natuurgebied dat voor 1/3 uit water, 1/3 uit land en 1/3 uit moeras bestaat.

Uitkijktoren Willeskop
Uitkijktoren Willeskop
Uitzicht vanaf de uitkijktoren

Vele vogels hebben Willeskop inmiddels ontdekt als ideale rust- en broedplaats. Het natuurgebied Willeskop wordt ook wel ‘vogelmagneet’ genoemd om zijn enorme aantallen vogels. Naast weidevogels, zoals kievit, scholekster en grutto, zijn er tal van watervogels te vinden. Denk hierbij aan reiger, meeuw, visdief en roofvogels. De ganzen en zwanen foerageren in de polders en overnachten in het gebied.  Door zijn rustige ligging plus hoeveelheid water en voedsel kan dit gebied beschouwd worden als een van de grootste vogelkraamkamers van het Groene Hart.

Waar de kades in de Middeleeuwen door de mens gebruikt werden als landscheiding, vormen ze tegenwoordig een ideale groene verbindingszone voor vogels en kleine diersoorten, maar uiteraard ook voor wandelaars. Onderweg kom ik ook nog een uitkijktoren tegen, van waar je rondom je heen kilometers ver kan kijken. In de verte zie ik Oudewater, Montfoort en de zendmast van Lopik liggen. Ik vervolg mij weg over de houtkade met aan de ene kant een polder met weilanden en aan de andere kant een waterplas, die opvallend genoeg op sommige plaatsen die zo diep is als het lijkt. Ganzen staan middenin de plas vrolijk te baddderen, maar een deel van hun poten staan nog boven water.

Aan het einde van deze houtkade kom ik bij een kleine parkeerplaats, daar loop ik overheen en sla linksaf om een het fietspad van de Damweg te volgen. Het uitzicht over de weidse polder is hier mooi, maar verder is dit het minst mooie deel van de route. Aangekomen in Polsbroekerdam staat op de hoek; Het wapen van Benschop. Enkele jaren geleden is het gehele pand opnieuw opgebouwd in oude stijl, nadat het jaren leeg en vervallen was. In de boeken van streekromanschrijver Herman de Man wordt dit pand ook regelmatig genoemd

Wapen van Benschop in Polsbroekerdam
Wapen van Benschop in Polsbroekerdam
Watertoren bij Lopik

Het Wapen van Benschop is een herberg van gevestigde reputatie. Dankzij Johan Pavoordt, kastelein in eere, die het hufterdom van zijn omgeving wijduit ontgroeid is en ’t veracht. Een helle knaap, deze Johan Pavoordt. Toen hij zich voor jaren her nestelde op dit kruispunt der wegen in de Lopikerwaard, heeft hij tot zichzelven gezegd: van de boeren moet ik het niet hebben, maar van den gaanden en den komenden man. Daarom bouwde Johan een open uitspanning, die uitgaf naar de Lopiksche, zoowel als naar de Oudewatersche zijde. Die uitspanning verrees terzijde Het Wapen en hij liet zijn vrouw, later zijn groot-wordende dochters, in de stad de fijne keuken leeren. Want het langskomend volk vindt in deze streken maar weinig gelegenheid om ergens lekker te eten”. 

Herman de Man, de Koets 1937

Ik vervolg mijn weg langs de Damweg over het fietspad. In de verte doemt een enorme toren op. Het is de watertoren van Lopik, die in 1936 gebouwd is om de omgeving te voorzien van schoon drinkwater. Bovenin de toren was een waterreservoir van 400 m3 aanwezig. De hoogte van de toren zorgde ervoor dat er waterdruk gecreëerd kon worden. Tegenwoordig nemen pompstations deze functie over is de watertoren overbodig geworden. Op dit moment wordt de toren verbouwd om de toren geschikt te maken voor een zestal appertementen en een bed and breakfast.

Bloeiende meidoorns en doorkijkjes naar de weilanden
Gele lissen in bloei

Bij de watertoren aan gekomen sla ik linksaf de houtkade op. Er heerst hier een enorme rust, omdat deze kade midden in het polderland ligt en uitsluitend te voet te bereiken is. Op dit pad kom ik alleen een visser tegen die ook geniet van de weidse poldernatuur. Om Herman de Man nogmaals te citeren:

Er zit visch in de voorwetering en de beide achterweteringen van deze lange buurten. En als men Johan Pavoordt gelooven wil – en waarom zou hij er om liegen – is er zóóveel visch voorhanden in die weteringen, dat je de scholen lekkere baarzen op sommige tijen met een spaai kan scheppen. ‘Want ze zwemmen dan twaalfdik boven elkander en rug aan rug,’ is zoo zijn zeggen. Alles vanwege de groote vruchtbaarheid van het land hieromtrent, die men toch met eigen oogen aanschouwen kan en die in het water tot uitdrukking komt in een weelderigen plantengroei”

Herman de Man, de Koets 1937

Na ruim een kilometer wandelen over deze kade sla ik bij wandelknooppunt 42 linksaf voor nog een wandeling door het weiland. Tussen het hoge gras zie ik een smal paadje waar mijn voorgangers hebben gelopen. Na het weiland sta ik weer bij de Benschopperwetering en sla linksaf naar het Pannenkoekenhuis Midden Op ’t land. Onderweg was er weinig horeca aanwezig, dus een overheerlijke pannenkoek gaat er nu wel in.

Benschopperwetering
Benschopperwetering
Pannenkoekenhuis Midden op 't landt
Pannenkoekenhuis Midden op ’t landt
Opvallend oorlogsmonument
Weerspiegeling in het water van de Benschoppperwetering
Benschoppperwetering
Benschoppperwetering
Benschoppperwetering
Veel oude boerderijen
Langs de benschopperwetering
Bloemrijk hooiland
Pinksterbloemen geven kleur in het voorjaar
Uitkijktoren Willeskop
Uitkijktoren Willeskop
overstapje
Houtkade
Voergangersbrug
Frisse jonge bladeren en fluitenkruid op de kade
In de vochtige weilanden broeden nog veel weidevogels
Een bankje met uitzicht
natuurgebied Willeskop
Ganzen zijn een graag geziene gast
Uitzicht vanaf de uitkijktoren
Trekpontje Klompenpad Benedeneindsepad
Trekpontje Klompenpad Benedeneindsepad
Benedeneindsepad
Benedeneindsepad
Knotwilgen Willeskop
Knotwilgenkade vormt de scheiding tussen Willeskop en weiland
Katjes aan de wilgen
Katjes aan de wilgen
Houtkade bij natuurgebied Willeskop
Fluitenkruid Willeskop
Bloeiend fluitenkruid
Verlengde Damweg
Bloemrijk grasland
Binnenkant van de watertoren, Bron: RAAK
Uitzicht vanuit de watertoren, Bron: RAAK
een gevarieerde houtkade
In de verte staat de watertoren
Achterzijdse kade
De brug naar Achterzijdse kade
Een smal graspad door het hooiland
bloemrijk hooiland
koeien in het land
Gemeenteschool Polsbroekerdam
Gemeenteschool Polsbroekerdam

Copyright© 2018-2022 GroeneHartstocht® alle rechten voorbehouden

2 reacties

Plaats een reactie