GroeneHartpad Spookverlaat

Dit is een rondwandeling in de omgeving van Alphen aan den Rijn. Op de route lopen we door polders die enkele meters onder NAP liggen. De paden gaan langs gegraven weteringen en vaarten die ervoor zorgen dat het gebied droog en begaanbaar is. Onderweg komen we langs het natuurgebied Spookverlaat , Siertuin de Groene Kathadraal, Klein Giethoorn en het meters hoge standbeeld van een romeinse legionair.


Route: Spijkerboorsche kade – Klein Giethoorn – Groene Kathadraal, Spookverlaat – Alphen a/d Rijn
Totale afstand: 14,8 km
GroeneHartpad: 8 km
25 % onverhard wandelen

Startpunt: NS station Alphen aan den Rijn of parkeerplaats Rietveldsepad afslag 9, N11.
In de periode 15 maart tot 15 juni is een deel van de route gesloten: wandel de broedseizoenroute

Beoordeling: 7,1

Waardering: 7 uit 10.

Natuurbeleving: 8
Afwisseling: 8
Onverhard wandelen: 5
Horeca onderweg: 5
Bereikbaarheid: 8

De route start bij NS station Alphen aan den Rijn. Bij het station van Alphen verrees in 2010 een bijzonder bouwwerk. Het kreeg de naam ‘De Fietsappel’ en fungeert als de fietsenstalling. Vanwege z’n opvallende uiterlijk en zestien meter hoogte werd De Fietsappel op het Stationsplein in Alphen meteen een herkenningspunt. Ik wandel langs de Fietsappel om verder over een P&R terrein de Dwarsligger. bij de rotonde steek ik over en ga linksaf het spoor over en daarna meteen rechts het bruggetje over het fietspad op.

Ik wandel nu over het Weteringpad. Dit pad is vernoemd naar de molenwetering die aan de linkerkant ligt. Deze Molenwetering sluit aan op de Oostvaart, Westvaart, Kerkvaart, westwetering en Burggooi wetering. Molen maalden het water weg uit de polder en via de andere vaarten en wetering kwam het de molenwetring in de Oude rijn uit bij Alphen. Het Weteringpad is een langgerekt groengebied is een onderdeel van de stedelijke ecologische hoofdstructuur, dat zorgt ervoor om natuurgebieden met elkaar te verbinden, zodat planten en dieren ruimte krijgen om zich te verplaatsen en in andere gebieden te vestigen.

Na de tunnel onder de N11 door wandel ik verder over een houtkade: de kruiskade. In het oevergebied langs de rivier de Oude Rijn bij Alphen aan den Rijn was dit een onherbergzaam gebied, met moerassen en ondoordringbare bossen. Al eeuwenlang stroomde stroomde de Oude Rijn door dit gebied en die trad regelmatig buiten haar oevers. De Romeinen probeerden al wat te verbouwen maar dat was lastig met terugkerend wateroverlast. In die tijd zijn de de eerste dijkjes en kades gaan bouwen om water overlast te verminderen. In de loop van de eeuwen hebben ze dat keer op keer verbeterd totdat ze grootschalig het gebied gingen inpolderen. Deze kade is gebleven, nu is het een waardevol natuurgebied met grote variatie van hakhout, waterplassen en aangeplante bossen. De stille plassen met veel riet maken het een aantrekkelijk gebied voor vogels. Verderop staat ook vogelobservatieshut Amalia. 

Deze omgeving wordt ook Spookverlaat genoemd. Het woord verlaat staat voor sluisje en volgens legende schijnt het hier te spoken. Ooit zorgde de lust van een jongen voor een voor hem noodlottig einde. Amalia en Frederik, twee geliefden, maakten van het stille plekje in de Rietveldse polder gebruik om samen tijd door te brengen. Maar Frederik wilde méér dan wat Amalia toeliet. Toen Frederik zijn zin probeerde door te drijven gaf ze hem een flinke duw, waardoor hij het water in kieperde. Frederik kon niet zwemmen en al spartelend riep hij “Amalia, Amalia, bemint gij mij?” totdat hij verdronk. Na de dood van Frederik had Amalia ontzettend veel spijt van haar daad. Daarom ging zij elke zaterdagavond terug naar het water waar Frederik verdronk om hem te herdenken, en telkens opnieuw hoorde ze hem vragen of zij hem bemint. En zij schijnt niet de enige te zijn, meerdere mensen uit de omgeving hebben aangegeven deze herhalende vraag gehoord te hebben. Het sluisje moet ergens gestaan hebben nabij de Vogelkijkhut en die is vernoemd naar Amalia uit het verhaal.

De route gaat verder en volgt het wandelpad langs de Papenvaart. Een paap of papen is een ander woord uit vroeger tijden voor Rooms-Katholieken, echter wordt dit nu niet veel meer wordt gebruikt. Het Papenvaartpad is een oud kerkenpad langs de Papenvaart dat de Rooms-Katholieken (‘papen’) gebruikten om naar hun kerk in Hazerswoude- Rijndijk te lopen. Helaas zit er nu een groot wit biljet op het hek, dat zegt dat het broedseizoen is begonnen. Om verstoring van de weidevogels waarondr onze nationale trots de grutto te voorkomen is tijdens het broedseizoen in de periode van 15 maart tot 15 juni, het wandelpad afgesloten. In deze periode is een alternatief bedacht en die vindt je hier: broedseizoenroute

Ik wandel verder en bij de kruising sla ik linksaf het Oostvaartpad. Dit stukje heb ik op de vorige route ook gelopen, nu lopen het in tegenstelde richting en het ziet er weer heel anders uit. In de verte zie ik de GereMolen staan. De Geremolen is ook wel bekend als De Blauwe Wip vanwege zijn blauwe bovenhuis. Het is een stokoude wipmolen uit 1636.  De molen bemaalde tot 1957 de polder Oost- en Westgeer, totaal 270 ha met een opvoerhoogte 1,80 meter. Na de buitengebruikstelling als gemaal raakte de molen al snel in verval. In 1967 werd een sloopvergunning aangevraagd, maar die werd niet verleend.

In 1969 werd de provincie Zuid-Holland eigenaar van de molen en in 1974 werd deze doorverkocht aan de Rijnlandse Molenstichting. In al die jaren was er niets aan de molen gedaan en stond bijna op instorten. De Rijnlandse Molenstichting liet de toen zwaar vervallen molen voorlopig onttakelen, om algehele instorting te voorkomen. Vanaf 1976 werd de molen in fases gerestaureerd. In 1976/1977 werden ondertoren en molenwerf hersteld. In de loop van de jaren ’80 is de molen stukje bij beetje hersteld; in 1986 was de molen uitwendig weer compleet. In 2012 werd de molen opnieuw opgeknapt, waarbij een nieuw en verdiept scheprad werd aangebracht. Zo kan de molen sinds een aantal jaar toch weer water uit de polder malen.

We komen in de buurt van Boskoop, dit is het centrum van de boom-en sierteelt. We komen diverse kwekerijen met allerlei soorten planten. Voor de liefhebbers van een mooie tuin en allerlei andere sierplanten gaat de route een stukje klein heen en weer over hetzelfde stuk om bij de Groene Kathadraal te komen.

Siegfried Zuhr kwam uit Berlijn om in Boskoop te leren van de boomkwekers. Hij is uiteindelijk niet meer terug gegaan en heeft een oude kwekerij omgetoverd in een bijzondere tuin. Siegfried was een groot liefhebber van klimplanten en heeft met behulp van betongaas en bouwwerk gemaakt dat lijkt op een kathadraal. Dit is zeker een tuin om van te genieten en aangezien deze wandeling er vlak langs loopt mag deze eigenlijk niet ontbreken. Op verschillende plaatsen in de tuin staan bankjes dus een ideale plek om even te pauzeren, er is zelfs een toilet aanwezig voor mensen met hoge nood. De tuin is vrij toegankelijk voor bezoekers.

Altijd al was het de polder Rietveld een favoriet gebied voor vissers. Er zat veel vis, karper vooral, maar ook snoek, kleinere vissen en ook paling. Het was omstreeks 1920 dat Han van Meurs – een vroege boomkweker – zijn  roeiboot aan een hengelaar beschikbaar stelde. Dit aanbod riep al snel ook een vraag op van andere vissers. Van Meurs zag hier brood in. Hij ging ook de boten van buren beschikbaar stellen en schafte extra roeiboten aan voor de verhuur. Een volgende stap was het bouwen van enkele optrekjes voor de overnachting. Samen met zijn vrouw Pleun ontwikkelde Han van Meurs een bedrijfje. Na de oorlog werd het bedrijfje van Van Meurs ook wel “Klein Giethoorn” genoemd. Na diverse generatie bestaat Klein Giethoorn nog steeds, waar je terecht kan voor een overnachting, varen of even uitrusten op het terras aan het water.

De Spijkerboorsche kade vormt de grens tussen de Rietveldse en Zaanse polder aan de linkerkant en de Nessepolder aan de rechterkant. De Nessepolder is ontstaan bij één van de eerste ontginningen in dit gebied. Er staat beschreven dat in 1531 al een molen werd gebouwd om het water uit het moerassige land weg te malen. Ter vergelijking weg de polders aan de linkerkant van de kade zijn ontgonnen rond 1648. Als je specifiek naar de naamgeving van de polders bekijkt, dan is een voorstelling te maken hoe het vroeger eruit heeft gezien: Rietveld, Hazerswoude (het woud van Hadewart), Boskoop(ontginningscope van moerasbos)

Na de Spijkerboorsche kade gaat het pad over in een smal paadje. Het was vroeger een jaagpad naar een watermolen die hier ooit gestaan heeft. Dit pad heeft de naam Bedelaarsbos. Bedelaars in het toenmalige ‘Alfen’ werden verbannen buiten het dorp. Dit jaagpad liep op de grens tussen het buurtschap Alphen en rietveld. Daar bouwden zij voor zichzelf een hutje van takken en riet. Zo ontstond de naam Bedelaarsbos.

De Romeinse limes is de grens van het Romeinse Rijk. Het Latijnse woord ‘limes’ betekende oorspronkelijk ‘grenspad’, later werd een synoniem voor ‘grens’. Het Nederlandse deel van de Neder-Germaanse limes volgt de loop van de Rijn. Vanaf de Duitse grens bij Zevenaar volgt het de Rijn, Nederrijn, de Kromme Rijn bij Wijk bij Duurstede, de Leidsche Rijn bij Utrecht en verder de Oude Rijn langs Alphen tot aan Katwijk aan Zee.

Ter verdediging werden er Romeinse legerkampen ingericht, later werden deze vervangen door tientallen forten en versterkingen (castella). De castella liggen op ongeveer twee uur loopafstand van elkaar en daartussen ontstaat een uitgebreide, goed onderhouden infrastructuur die de forten met elkaar verbindt. Rond het jaar 200 verschijnen de eerste versterkingen gemaakt van steen. Om de castella heen ontstaan dorpjes en die uitgroeiden tot steden. In Aphen aan de Rijn lag ook een legerplaats. Het fort is ook bekend van de Peutingerkaart en wordt daar Albaniana genoemd. Het heeft bestaan van ca. 41-270. Door de natte bodem zijn veel houten resten bewaard gebleven.

Alphen verdient vooral Romeinse belangstelling vanwege de aanwezigheid van het archeologisch themapark Archeon. Dit is de enige plek langs de limes waar meerdere Romeinse gebouwen zijn gereconstrueerd, in zo oorspronkelijk mogelijke staat. Het ernaast gelegen Archeologiehuis Zuid-Holland toont een fraaie, uitgebreide expositie over de Romeinse limes in de provincie.

De Groene Vinger is een langgerekt groen midden in de wijk Kerk en Zanen, met mogelijkheden voor fietsen, wandelen en spelen. Tijdens de ontwikkeling van Kerk en Zanen zijn in het originele stedenbouwkundig plan stroken groen opgenomen. De bedoeling was met deze stroken het omringende polderlandschap in de wijk te laten terugkomen.

In november 2018 is onder ruime belangstelling de bijentuin in De Groene Vinger officieel geopend. De opening vond plaats na het aanplanten van enkele fruitbomen door een groep enthousiaste buurtbewoners. De boomgaard heeft de naam Limesgaard gekregen, dit is een verwijzing naar de oude Romeinen. Het zijn namelijk de oude Romeinen geweest die ons kennis hebben laten maken met fruit.

Ik nader het eind van deze route. Vlakbij het Station en aan het einde van de Groene Vinger ligt het Europapark, met een terras bij Restaurant de Lelie. Ideaal voor een koffie to go, voordat ik bij het eindpunt aankom.

Copyright© 2018-2021 Groenehartstocht® alle rechten voorbehouden.

Plaats een reactie